Ik zal blijven dansen in het donker.

Ik zal blijven dansen in het donker.

Ik zal blijven dansen in het donker. 1280 852 Admin.Puur

De maan glundert aan de hemel in haar volheid. Het is koud. Het is stil. Alleen het knisperen van het vuur is hoorbaar. Duizend ogen staren naar me. Daar sta ik in het licht van de maan, de duisternis in geprezen. Mijn gezicht getekend door de marteling die ik doorstaan heb. Bloed en angstzweet druipt van mijn gezicht. Ik word gedragen naar de offersplek. In elkaar gezonken raakt mijn naakte lichaam het natte gras. Mijn vrouwelijkheid geschonden, misvormd en toegetakeld. Ik word omgeven door een menigte. Ik hoor ze fluisteren met angst in hun stem “Het is zij, het is zij die de nacht lief heeft, zij die danst in het donker.” Niemand durft me aan te kijken. Mijn ogen blauw, doordrenkt van tranen kijken wanhopig rond. Jullie zijn mijn buren, vrienden,…. Er is niets anders te zien dan bange mensen in schapenkleding. Uitgeput kijk ik mijn lot toe terwijl mijn lichaam trilt en schokt van angst. De warme zoete geur van het brandende vuur bereikt mijn hart met tederheid. Ik word herinnerd aan alle vuren die ik mocht ontsteken. Ik word herinnerd aan mijn kracht. Ik duw mezelf recht op mijn gehavende benen. Met mijn armen wijd opengesperd roep ik de menigte toe: “Ik ben het, ik ben Daisy, zij die met het donker danst!” Geschrokken roept de menigte me toe: “Het is je laatste optreden heks!”

“Wat is je laatste wens?” wordt me gevraagd van de man in het zwart. Hij die meer donker in zich heeft dan ik ooit zou kunnen bevatten. Hij die mijn kleding van me afscheurde en mijn lichaam tekende als dat van een heks. “Ik stap zelf in het vuur,” zeg ik. Er is veel geroezemoes in de menigte: “ze zal ons vervloeken, ze is gek, …”.

Ik stap mijn lot tegemoet. Bij elke stap voel ik de natte aarde onder mij, ik huil tranen van vele. Ik wandel het vuur in en roep mijn laatste woorden: “Ik ben Daisy, zij die danst met het donker, zij die de godin van de nacht is. Zij die heks word genoemd.”

De man in het zwart zegt lachend tegen me: “Je bent niet sterk genoeg om het vuur te trotseren!”

k kijk in de ogen van degene die rond me staan en roep hen toe: “Ik ben niet sterk genoeg om het vuur te trotseren. IK BEN HET VUUR!! Ik zal jullie blijven achtervolgen, in dromen zal ik bij jullie zijn. Ik zal huilend aanwezig zijn, iedereen zal me horen tot het einde der tijden.”

In het midden van het brandstapel vermengd mijn lichaam zich met de zoete geur van hout. Ik roep, ik schreeuw! Voor al die voor me gingen en al die na me zullen komen. Ik roep, ik schreeuw! Ik ben de stem van velen. Mijn stoffelijke resten worden meegenomen op de grote wind. Ze zal generaties overschrijden tot mijn verhaal in eerbied wordt verteld.

Ik ben de godin van de nacht.

Ik zal blijven dansen in het donker.